DELEN >
X

Deel dit artikel!

De praktijk blijkt weerbarstiger
De heer ir. C.J.A. Nuijen en de heer ing. W.C. Slagter, Kettlitz Gevel- en Dakadvies B.V.

“De testmethode zoals jullie die voor wind- en waterdichtheid hanteren op de bouw klopt niet met de praktijk” en “De puien die in het laboratorium getest zijn en die daar een hoge aangetoonde prestatie hebben op het gebied van wind- en waterdichtheid, die worden door jullie op de bouw afgekeurd!”. Het zijn uitspraken die meermaals op de bouwplaats gehoord worden. En dat is ook de ervaring bij onze adviseurs van Kettlitz Gevel- en Dakadvies; vaak moeten we tot de conclusie komen dat puien in de praktijk onvoldoende wind- en waterdicht zijn!

Dat was enige tijd geleden de aanleiding tot een gesprek en uiteindelijk het opzetten van een aantal tests. Het doel van de tests: beoordelen wat de reden is voor het hoge percentage afkeur op de bouw. Is dat gelegen in de testmethode (Laboratoriumtests vs. Praktijktests) of heeft dat een andere reden? In dit artikel brengen we u graag op de hoogte van de resultaten en delen we de leerpunten die we hieruit kunnen trekken.

Beproevingsmethoden
Om te beginnen eerst een korte toelichting op de beproevingsmethoden. Bij leveranciers wordt in de fabriek getest volgens een laboratorium test; voor de luchtdichtheid wordt bijvoorbeeld de NEN-EN 1026 (voor ramen en deuren) of NEN-EN 12153 (voor vliesgevels) aangehouden. Voor de waterdichtheid is dat respectievelijk de NEN-EN 1027 of NEN-EN 12155. Vanwege de opstelling van de pui in de testopstelling, met de buitenzijde gericht naar de testkast, wordt met deze manier van testen dezelfde omstandigheden nagebootst zoals die in de praktijk ook optreden. Er heerst een resulterende overdruk aan de buitenzijde.

In de praktijk worden testen doorgaans uitgevoerd conform de NEN 2778. Het verschil met de voorgenoemde testmethoden berust feitelijk in het gegeven dat het drukverschil tijdens de waterdichtheidsbeproeving vanaf de binnenzijde wordt gemaakt, te weten een onderdruk. Juist dit verschil wordt in de praktijk als argumentatie aangevoerd om lekkages te verklaren; de in de fabriek geproduceerde en beproefde puien hebben immers een CE-markering en zijn conform deze keuring voldoende waterdicht.

Om vast te stellen of er een wezenlijk verschil tussen beide belastingsituaties is, is de proef op de som genomen. In een laboratoriumopstelling is een pui opgesteld met aan beide zijde van de pui een proefkast. Zonder bewerkingen of handelingen aan de pui uit te voeren kunnen beide situaties onafhankelijk van elkaar uitgevoerd worden. De beproevingswijze is zodanig opgezet dat resultaten één op één vergeleken kunnen worden. Resultaat: lekkages treden op dezelfde momenten en op dezelfde plaatsen op; er ontstaat geen verschil in het resultaat door de verschillende belastingsituaties.

Lering trekken
Op basis van de testresultaten van de door Kettlitz uitgevoerde metingen in het afgelopen jaar (circa 90 stuks), stellen we vast dat bij 9 op de 10 geteste puien een lekkage wordt geconstateerd. Bij bijna 60% van die gevallen worden die veroorzaakt door gebreken in de puien. Uit de vaststelling dat puien in de praktijk dus vaak niet het prestatieniveau volgens de laboratoriumtest behalen, kan men vaststellen dat de praktijk weerbarstiger blijkt. De afgegeven CE-markering van kozijnen is in onze optiek dan ook een onvoldoende middel om de daadwerkelijke kwaliteit in het werk te borgen. Gebreken worden volgens onze bevindingen dan ook veroorzaakt door activiteiten die na de productie volgen, te weten het transport, de handeling van de puien en/of de montage ervan. Ondanks de aandacht die daaraan meestal wordt besteed valt er blijkbaar nog veel te winnen.

Want laten we realistisch zijn, de tijd die mag worden besteed aan die pui in het laboratorium, is op de bouw niet beschikbaar. De druk is hoog, elke dag moet de productie weer gehaald worden. Is het dan reëel om de kwaliteit volgens de laboratoriumtests te eisen van puien op de bouw? En is dat wel nodig? Stellen we simpelweg te hoge eisen aan de pui; zijn deze eisen in de praktijk wel reëel? Worden prestaties uit een productcertificaat klakkeloos één op één overgenomen in het bestek? Een maximum toetsingsdruk van 450Pascal voor een pui geplaatst in het binnenland? Gezien onze resultaten lijkt het opportuun om terug te grijpen naar de wettelijke toetsingsdrukken conform tabel 2 van de NEN 2778. Deze zijn weloverwogen door deskundigen gedefinieerd en geformuleerd. In samenwerking met een specialist kan beoordeeld worden welke eis voor het specifieke project passend is. Daarbij kan met het gestructureerd inspecteren van uitvoeringswerkzaamheden al in een vroeg stadium worden beoordeeld of er risico’s op lucht- en/of waterlekkages ontstaan.

Auteurs: Twan Nuijen en Wilfred Slagter adviseurs Kettltiz Gevel en Dakadvies
Artikel is geplaatst in januari 2023 in vakblad: bouwwereld