Kettlitz onderzocht het Rijksverzamelkantoor in Den Haag en vond de oorzaak van het springen van de ruiten
Cobouw, 02 oktober 2019
Elke twee uur inspectie van de ruiten bij veelgeplaagd ministerie-gebouw aan Haagse Rijnstraat
Nadat deze zomer vier ruiten sprongen in het al zo veelgeplaagde Rijksverzamelkantoor Rijnstraat 8 in Den Haag, inspecteert de gebouwbeheerder elke twee uur alle ruiten. Nikkelsulfide-insluitingen bij de productie van het glas lijken de boosdoener. Gek genoeg zijn die niet allemaal aan het licht gekomen bij de verplichte test vooraf.
Dat blijkt uit antwoorden van staatssecretaris Knops op vragen uit de Tweede Kamer. Na spontane ruitbreuken in juni en juli schakelde hij Kettlitz Gevel-en dakadvies in om de zaak te onderzoeken. Op basis van het schadebeeld, een vlinderstructuur in het centrum van de glasbreuk, kwam dat al snel tot de conclusie dat nikkelsulfide-insluitingen de oorzaak moesten zijn. Daarmee konden andere oorzaken als een vervormende achterconstructie, zakkend glas of puntbelastingen langs de randen snel worden uitgesloten.
Beschermingsconstructie was nodig
In afwachting van vervanging zijn de ruiten beplakt met een folie, zodat ze in elk geval op hun plek blijven zitten, mochten ze verder scheuren. Elke twee uur kijken inspecteurs of er geen nieuwe ruiten zijn gesprongen. Voor de zekerheid is er bovendien een beschermingsconstructie gebouwd boven een deel van de uitrit van een autotunnel die pal naast het ministerie-gebouw bovenkomt. Bij harde wind (boven 7 beaufort) wordt bovendien de onderdoorgang van Rijnstraat 8 gesloten. Die wordt dagelijks gebruikt door duizenden voetgangers en fietsers die onderweg zijn tussen Centraal Station en de Haagse binnenstad.
Nikkelsulfide-insluitingen zijn bekend risico
Nikkelsulfide-insluitingen vormen een bekend risico bij grote glazen gevels waarvoor inmiddels ook normen en regels bestaan om de gevaren voor gebruikers en omgeving te beperken. NEN-EN 14179-1 schrijft bijvoorbeeld een zogeheten heat-soak-test voor waarin ruiten voor het plaatsen worden verhit tot bijna 300 graden. Mochten er bij de productie van het glas verontreinigingen met nikkelsulfide zijn ingesloten dan veroorzaakt dat grote spanningen waardoor de ruit daar springt. Die glasplaat is dus niet bruikbaar en mag niet worden gemonteerd op de bouwplaats. Bekend is dat de heat-soak-test niet alle verontreinigingen opspoort. Gebruikelijk is dat op de 400 ton glas één breuk door de test glipt. Bij gebouw Rijnstraat 8 waren dat er echter veel meer. Daar hebben tot nu toe vier breuken plaatsgevonden op slechts 60 ton glas.
Bij de testgegevens die Kettlitz van de glasfabrikant opvroeg kwamen echter zoveel fouten naar boven, dat er niet alleen twijfels bestaan of de test wel goed is uitgevoerd, maar ook of er bij de productie van het glas niet structureel iets is misgegaan.
Lees het gehele artikel op Cobouw.nl
Heeft u vragen naar aanleiding van dit onderzoek?
Of wilt u zelf een onderzoek door Kettlitz laten uitvoeren? Neemt u dan met Otto Kettlitz contact op.